Afdeling als belangenbehartiger
We worden steeds ouder; en onze levensverwachting stijgt nog elke dag. De vergrijzing is een niet te miskennen fenomeen dat interessante maatschappelijke uitdagingen behelst. De overheid vertrekt vanuit het uitgangspunt dat we deze uitdagingen enkel op een effectieve manier kunnen aangaan, als er inspraak is van de betrokkenen. Laat dat nu net een sterk punt van Vief zijn. Doordat we een vereniging door en voor ouderen zijn, bezitten we een schat aan informatie waarmee we de stem en de visie van ouderen kunnen uitdragen. We roepen onze afdelingen dan ook warm op om deel te nemen aan de lokale adviesraden. Om de zes jaar je stem uitbrengen in een stemhokje is immers niet voldoende. Ook tussen de periodes van verkiezingen zouden burgers actief moeten meewerken aan het lokaal beleid.
1.1 Deelname aan lokale adviesraden
Als bestuurslid van een Vief-vereniging kan je helpen de noden van ouderen te vertegenwoordigen door te participeren aan een lokale adviesraad. Dit kan op systematische basis, door actief aan alle vergaderingen deel te nemen, of sporadisch, door je te engageren om mee te helpen met specifieke projecten of acties. Op dit moment zijn reeds in het merendeel van de Vlaamse steden en gemeenten lokale adviesraden actief. Toch is een adviesraad die specifiek de belangen van ouderen behartigt niet verplicht. De gemeentes zijn enkel verplicht om op één of andere manier betrokkenheid van de burgers te realiseren; en de lokale adviesraden lenen zich hier gemakkelijk toe. Doordat de verantwoordelijkheid van de oprichting van bepaalde adviesraden bij de gemeentelijke overheden liggen, zijn er grote verschillen tussen gemeentes wat betreft adviesraden. Er bestaan bijvoorbeeld adviesraden die zich specifiek focussen op de noden van ouderen. Deze worden vaak een “ouderenraad” of “seniorenadviesraad” genoemd. Sommige gemeentes richten dan weer een welzijnsraad in. Hier wordt er niet gefocust op een doelgroep, maar op een thema – in dit geval welzijn – dat betrekking heeft op verschillende doelgroepen, waaronder uiteraard ook senioren. Adviesraden zoals deze, die doelgroepoverschrijdend zijn, zien we steeds vaker terugkomen. Het kan ook zijn dat een gemeente beide soorten adviesraden inricht.
Behalve de focus van de verschillende adviesraden, wordt ook de samenstelling en werking van een adviesraad bepaald door de gemeente. Hierdoor kan de organisatie van de adviesraden verschillen per gemeente en zijn er eigenlijk geen algemene richtlijnen te vinden over de bepalingen van een ouderenadviesraad. Wat de adviesraden wel allemaal gemeenschappelijk hebben, is dat ze een adviserende rol hebben. Ze kunnen dus geen beslissingen nemen over het beleid, maar geven het bestuur op regelmatige basis en systematische wijze advies over voorgelegde problemen of beleidsbeslissingen. Verder proberen ze beleidsmakers te sensibiliseren over bepaalde thema’s die betrekking hebben op ouderen. De misvatting bestaat dat de ouderenadviesraad functioneert als feestcomité. Dat is allicht niet de taak van een ouderenraad. Als lid van een ouderenraad gebruik je je eigen ervaringsdeskundigheid als bril om het beleid te bekijken. Daarnaast is het je taak signalen van de burgers op te vangen en deze vervolgens door te geven aan het bestuur. Het is dus belangrijk dat je de belangen van je eigen vereniging kunt overstijgen en breder denkt dan de afdelingsgrenzen. Vaak werken ouderenraden tevens mee aan wetenschappelijk onderzoek. Doordat ze een groot bereik hebben en veel contact met een bepaalde doelgroep, zijn ze het ideale aanspreekpunt voor onderzoekers. Ook voor de adviesraad is dit een voordeel, want de resultaten van het onderzoek zijn vaak zeer bruikbaar bij het uitschrijven van advies. Tot slot zijn er veel adviesraden die een informerende rol op zich nemen. Concreet zullen ze campagnes op poten zetten of relevante maatregelen in de verf zetten om de bevolking op de hoogte te stellen van activiteiten in de gemeente of het werk van de ouderenraad.
De noodzaak aan vertegenwoordiging van ouderen in een lokale adviesraad is groot. Ouderen zetelen immers zelden in een gemeenteraad. Er bestaan wel burgerinitiatieven, maar die zijn vaak van tijdelijke aard. Daarnaast biedt het deelnemen aan een adviesraad ook wat voordelen voor jezelf. Zetelen in een adviesraad zorgt ervoor dat je blijft bijleren. Doordat je je stem laat horen, neem je actief deel aan de maatschappij en zorg je voor positieve veranderingen in je gemeente.
1.1.1 Inspiratie
Waarover geeft een ouderenraad zoal advies? Het advies van een ouderenraad kan heel breed zijn. Je geeft bijvoorbeeld heel algemeen advies wanneer je een memorandum opstelt. Het advies kan echter ook gaan om heel specifieke bekommernissen bij beleidsuitvoering, door bijvoorbeeld de verwaarlozing van de gemeentelijke begraafplaats aan de kaak te stellen. Hieronder vermelden we enkele mogelijke onderwerpen ter inspiratie. Dit betekent natuurlijk niet dat je kritische blik beperkt moet blijven tot deze drie vraagstukken. De thema’s waarmee je als adviesraad aan de slag gaat, kunnen van jezelf komen, vanuit de achterban die je vertegenwoordigt of als reactie op een beslissing die het beleid wilt nemen of net genomen heeft.
Preventie en bestrijding van eenzaamheid bij ouderen
Eenzaamheid wordt nog vaak bekeken als een persoonlijk probleem, terwijl het een maatschappelijke uitdaging is. Wat doet het bestuur om eenzaamheid (bij ouderen) te bestrijden? Zijn er preventieve maatregelen vanuit het beleid die hierop betrekking hebben? Als adviesraad kan je zelf een onderzoek rond eenzaamheid bij ouderen op poten zetten of inzetten op de nood aan bewustmaking rond dit delicate thema. Daarnaast kan je ook de participatiekansen van ouderen in jouw gemeente eens onder de loep nemen. Hoe zit het bijvoorbeeld met de toegankelijkheid van openbare voorzieningen, zoals de bibliotheek of het cultureel centrum? Zijn er financiële drempels als we in onze gemeente aan een activiteit willen deelnemen?
Mobiliteit en toegankelijkheid
Je kan je als adviesraad ook buigen over bijvoorbeeld de toegankelijkheid van de voetpaden. Je geeft hierbij niet enkel advies over de inrichting van de openbare ruimte, maar betrekt tevens het welzijn van ouderen, wonen en maatschappelijke participatie bij je advies. Verder kan de adviesraad de knelpunten bekijken wanneer men spreekt over basisbereikbaarheid. Hoe zit het met de hoge kostprijs voor openbaar vervoer? Kunnen we hier een mouw aan passen?
Dementievriendelijke gemeente
Niet elke persoon die lijdt aan demente leeft in een rusthuis; meer zelfs: de meerderheid van hen leeft gewoon thuis. Een dementievriendelijke omgeving zorgt ervoor dat burgers langer thuis kunnen wonen. Hoe zorg je als gemeente voor een dementievriendelijke leefomgeving? Met deze vraag kan de ouderenadviesraad zeker aan de slag gaan.
Meer voorbeelden van thema’s kan je terug vinden in de brochure ‘Weet raad met de adviesraad’ die Vief heeft ontwikkeld. Wil je liever een gedrukt exemplaar, vraag ernaar via dit contactformulier.
1.1.2 Inclusief en domeinoverschrijdend
In verschillende gemeentes moet de ouderenraad plaatsmaken voor een welzijnsraad. De functie en het doel van adviesraden worden steeds vaker in vraag gesteld. Het is inderdaad niet gemakkelijk om je als adviesraad staande te houden in een veranderend landschap, waar steeds vaker lokale actiegroepen en burgerinitiatieven op de voorgrond treden. Als ouderenadviesraad is het belangrijk te moderniseren en na te denken over vernieuwing, zodat ze niet zomaar aan de kant worden geschoven. Hoe doen we dat?
Een eerste belangrijk en vernieuwend uitgangspunt bij ouderenbeleid is dat we niet meer uitgaan van een categoriale benadering van onze burgers, waarbij we mensen boven een bepaalde leeftijd gaan vertegenwoordigen, maar dat we bij elk voorgelegd probleem of besproken beleidsbeslissing oog hebben voor de noden van mensen naarmate ze ouder worden. We streven hierbij altijd naar een leeftijdsvriendelijk Vlaanderen, waarbij iedereen een rol speelt in de gemeenschap en de samenleving geschikt is voor alle leeftijden. Daarnaast komt men steeds meer tot de vaststelling dat actief en kwaliteitsvol ouder worden niet begrensd kan worden binnen verschillende onderwerpen. Waar men vroeger vertrok van uitdagingen per domein, zoals bijvoorbeeld “mobiliteit” of “dienstverlening”, geeft men nu de voorkeur aan een domeinoverschrijdende visie bij het aanvatten van uitdagingen. Laten we dit even demonstreren met een voorbeeld. Wanneer een adviesraad zich buigt over de vraag “Hoe kan elke burger kwaliteitsvol thuis blijven wonen?”, komt deze tot het besef dat het hier om veel meer gaat dan enkel een aangepaste woning. Zelfredzaamheid, ontmoeting en betaalbare alternatieve woonvormen zijn bijvoorbeeld net zo belangrijk wanneer het gaat om kwaliteitsvol thuis wonen. Om advies te geven bij deze uitdaging zullen dus niet enkel actoren uit het domein wonen betrokken worden, maar ook experts en ervaringsdeskundigen binnen de domeinen welzijn, mobiliteit, cultuur, zorg,...
Of het nu gaat over de problematieken die we aanpakken of de doelgroep waarvoor we ons inzetten: het sleutelwoord is samenwerken. Het is als ouderenraad belangrijk om niet enkel samen te werken met het lokaal beleid, maar tevens nieuwe partners en andere actoren te betrekken, om zo de stem en de visie van ouderen verder uit te dragen in deze veranderende maatschappij. Daarnaast is het belangrijk om voldoende aandacht te geven aan alle thema’s die voor ouderen belangrijk zijn. Als je als ouderenraad deel uitmaakt van bijvoorbeeld een welzijnsraad, bestaat het gevaar dat de inhoudelijke werking verengt tot enkel datgene wat past binnen “welzijn”. Het is daarom een goed idee om te werken met aparte werkgroepen, die specifiek opkomen voor de belangen van de eigen doelgroep.
1.1.3 Leren en netwerken
Soms zit je als adviesraad met vragen. Je wilt bijvoorbeeld graag de burgers meer betrekken bij het advies over een nieuw woonbeleid, maar weet niet goed hoe je best te werk zou gaan. Hiervoor werden de Regionale Platformen voor Ouderenbeleidsparticipatie (RPO) opgericht. De RPO’s komen drie keer per jaar samen om ouderenraden uit de regio de kans te geven om goede praktijken uit te wisselen, vragen te stellen, bezorgdheden te bespreken, elkaar te inspireren, enzovoort. Elke lokale ouderenraad zou in principe minstens één vertegenwoordiger moeten hebben in zo’n RPO. Daarnaast zit er in zo’n RPO één vertegenwoordiger van elke erkende ouderenvereniging, zoals Vief, die actief is in die regio op vlak van ouderenbeleidsparticipatie. Meestal betreft dit een medewerker van de vereniging, maar dit kan ook een bestuursvrijwilliger zijn. De RPO’s worden op hun beurt overkoepeld door de Interregionale Stuurgroep Ouderenbeleidsparticipatie (ISO), die de werking van de RPO’s ondersteunen. De ISO organiseert op regelmatige basis een trefdag, waar leden van de RPO’s kunnen deelnemen aan vormingen over verschillende thema’s die betrekking hebben op ouderenbeleid. Daarnaast wordt er op deze trefdag de mogelijkheid geboden om te netwerken met leden van andere RPO’s. De ISO bestaat uit maximaal drie afgevaardigden per RPO, aangevuld met experten binnen het vakgebied.
Tenslotte biedt ook Vief aan vrijwilligers die zetelen in een adviesraad de mogelijkheid om zich bij te scholen en te netwerken. Elk jaar wordt er op provinciaal niveau minstens één studiedag voor leden van adviesraden georganiseerd. Op deze dag worden vormingen aangeboden die nuttig kunnen zijn voor jouw positie binnen een adviesraad. Je komt hier tevens in contact met Vief’ers die zetelen in adviesraden van andere gemeentes, waarmee je ervaringen en gedachtes kunt uitwisselen. Meer informatie over de provinciale werkgroepen rond adviesraden kan je verkrijgen bij de regiomedewerker.
1.2 Andere vormen van beleidsparticipatie
Kan je om één of andere reden toch geen deel uitmaken van de lokale adviesraad in je gemeente, maar wil je toch gehoord worden? Er zijn andere mogelijkheden om je standpunt duidelijk te maken of tekorten in het lokale beleid te melden. Zo kan je bijvoorbeeld een memorandum opstellen naar aanleiding van naderende verkiezingen. Je kan ook proberen om een probleem in de publieke sfeer te brengen. Dit doe je door bijvoorbeeld een campagne op poten te zetten of de regionale pers een artikel te bezorgen.
ga terug