Opinie - De interactie tussen de buurt en het woonzorgcentrum
We merken dat vandaag voornamelijk zwaar behoevende ouderen de cliënten/bewoners zijn van woonzorgcentra, omdat de meeste ouderen, met en zonder zorgnoden, zo lang mogelijk thuis willen blijven wonen. Dit heeft diverse oorzaken: emotionele en sociale redenen, financiële zorgen, maar ook omdat woonzorgcentra met een imageprobleem kampen. Enkel als het echt niet anders kan, wordt een opname in een woonzorgcentrum overwogen. De bewoners van woonzorgcentra vormen echter ook een zeer diverse groep, met verschillende wensen en noden. Om daarop te kunnen inspelen, zeker in deze tijden van personeelstekorten in de zorg, wordt de interactie met de (zorgzame) buurt steeds belangrijker. Bepaalden noden kunnen door de buurt opgevangen worden.
In de eerste plaats verlangen de bewoners goede zorg, daarvoor verhuizen ze ten slotte naar een woonzorgcentrum. Uit gesprekken met bewoners van woonzorgcentra komt ook voldoende bezoek van familie naar voren. Sommigen houden ook van georganiseerde activiteiten, anderen, bijvoorbeeld personen met dementie, verlangen naar rust. Afhankelijk van hun persoonlijkheid en voorkeuren zal de ene bewoner liever alleen op de kamer blijven, terwijl de buurman/buurvrouw verlangt naar veel sociaal contact met andere bewoners. Maatwerk wordt dus steeds meer de norm, een standaardaanpak die voor iedereen werkt, is niet mogelijk. Door het huidige personeelstekort en zeker in grote woonzorgcentra, is dit praktisch echter vaak niet haalbaar.
Buurtgerichte initiatieven
Voor velen is ook het contact met de buurt belangrijk en er ontstaan steeds vaker initiatieven om dit te vergemakkelijken. Zo zijn er almaar meer woonzorgcentra waar ook een kinderdagverblijf of naschoolse opvang in ondergebracht wordt. De ouderen komen zo in contact met de kindjes. In Gent zijn er – in mijn ogen – verschillende mooie initiatieven ontstaan:
- een woonzorgcentrum wil een ‘fuif’ organiseren met muziek uit de jeugdjaren van de bewoners waarop ook de buurtbewoners worden uitgenodigd
- een ander woonzorgcentrum plant een bezoek aan de kermis op de prikkelarme dag met hun bewoners met dementie, zodat zij dit ook nog eens kunnen beleven.
Bewoners die nog mobiel zijn, vinden het belangrijk om actief te blijven in de buurt: naar de winkel gaan, deelnemen aan een activiteit in een lokaal dienstencentrum… Dit geldt zeker ook voor ouderen in assistentiewoningen die doorgaans zelfstandiger en mobieler zijn dan bewoners van woonzorgcentra. Een goede toegankelijkheid en bereikbaarheid van locaties in de buurt zijn dan ook een must. De bewoners moeten zicht vlot en veilig kunnen verplaatsen, zowel te voet als met het openbaar vervoer als ze daar nog toe in staat zijn.
Het belang van inplanting, inspraak en sociale contacten
Lokale besturen moeten daarnaast ook nadenken over de inplanting, over inspraak van de ouderenraad en over sociale banden met de buurt. Als men een goede samenwerking en wisselwerking wil tussen de buurt en het woonzorgcentrum dan is de locatie zeer belangrijk. Het gebouw moet in het centrum of een leefomgeving staan of gebouwd worden, wat vroeger vaak het niet het geval was.
Het is belangrijk dat de buurtbewoners van bij de start betrokken en goed geïnformeerd worden, zodat ze weten wat ze mogen verwachten. Ook de lokale ouderenraad kan hier een rol spelen, zij kunnen mee bepalen hoe de omgeving moet functioneren en welke voorzieningen belangrijk zijn en kunnen dus ook aangeven welke locatie mogelijks de beste is. Zij kennen de noden van en aandachtspunten voor ouderen. Als het om een verhuis of renovatie van een bestaande voorziening gaat, kan men ook inspraak geven aan de huidige bewoners. Ze zullen blij zijn dat ze mee kunnen beslissen over hun dagelijks leven en hun thuis.
Door een woonzorgcentrum in een buurt te verankeren, worden sociale contacten ook vergemakkelijkt. Een goed functionerend woonzorgcentrum bevordert de banden met familie, directie, personeel en de lokale gemeenschap. Isolement moet sowieso vermeden worden, want dat heeft een negatieve impact op het welzijn van de bewoner(s). De woonzorgomgeving moet een goed welzijn van de bewoners tot doel hebben. Ouderen die voor een woonzorgcentrum kiezen, worden idealiter opgevangen in een goede buurt, zodat ze ook actief kunnen blijven in de (eigen) buurt. Zorgzame buurten – buurten waar een netwerk tussen bewoners, verzorgenden, handelaars, enz. ontstaat – worden stilaan de norm.
Mooi praktijkvoorbeeld
Terwijl ik deze visie aan het schrijven ben, ontdek ik het initiatief van WZC De Zilverberg in Rumbeke (Roeselare) die mijn boodschap kracht bijzet. Onder de noemer ‘Zet joe bie – thuis in de wijk’ gingen bewoners van De Zilverberg tijdens de zomermaanden enkele keren op bezoek in de tuinen van de omwonenden. Ze genoten daar samen met de buurtbewoners van een aperitiefje en een hapje.
Sprekender kan de wisselwerking tussen de buurt en het woonzorgcentrum niet geïllustreerd worden.
Geert Messiaen
Senior writer Vief vzw